Crazy Rhythms!

The Feelies. De enige band die volgens Lou Reed begreep hoe je een gitaar moest bespelen. Een a-typische band in het New York van eind jaren zeventig. Vier nerdy, bebrilde jongens met keurige overhemden. Geen hanenkammen, gescheurde broeken of uitspattingen en optredens worden vooral gepland tijdens vakanties en op feestdagen. Belangrijkste spelers: Glenn Mercer en Bill Million. 

Bijzondere jongens, The Feelies. Hoewel beïnvloed door grootheden als The Stooges en The Velvet Underground varen ze een eigen koers. De muziek staat bol van dynamiek en tempowisselingen die je voortdurend op het verkeerde been zetten. De gitaren dicteren het ritme, krioelen door elkaar, gaan soms gelijk op en dan weer abrupt uit elkaar. De monotone zang is naar de achtergrond gemixed, de teksten daarom soms moeilijk hoorbaar en mysterieus. Opvallend zijn de drumpartijen: droog, strak en bloednerveus. 


Voordurend duiken er andere percussie-instrumenten op: constant hoor je getik, geklingel van belletjes en geratel. Termen als noise, feedback en distortion zijn niet van toepassing op hun geluid, wel: precisie en helderheid. Geen hi-hats ook. De nagalm hiervan versluierd te veel de andere geluiden en dus: exit hi-hats. 

Geen songs met coupletten en refreinen, maar muziek die je besluipt, opkomt en dan weer verdwijnt, onder je huid kruipt, enigszins neurotisch is en lichtelijk verslavend werkt. Dat klinkt als een recept voor moeilijke, arty muziek, maar dat is het niet. The Feelies blijven juist toegankelijk en klinken nooit gekunsteld.  Hun eerste album ‘Crazy Rhythms’ uit 1980 is ADHD-postpunk, een gitaarplaat met gekmakende ritmes. Nummers als 'The Boy with Perpetual Nervousness' (wat een titel alleen al!), 'Crazy Rhythms', ‘Original Love’ en 'Moscow Nights' dringen via je trommelvliezen je brein in, nestelen zich daar en gaan nooit meer weg. En ineens zit je als een eenmansdrumband je handen blauw te slaan op tafels, stoelen en je benen.  

Bands waar The Feelies affiniteit mee hebben zijn CBGB-collega’s zoals Television, Talking Heads, Devo en the B-52’s. Muzikaal niet echt vergelijkbaar, maar wel zijn ze allemaal ver verwijderd van het eendimensionale punkrock geluid van enkele jaren daarvoor. Ook bij deze bands staan ritmes, percussie en een transparant geluid voorop. De intelligente neefjes van The Ramones. 

Hun tweede plaat, ‘The Good Earth’ verschijnt pas zes jaar later, in een deels nieuwe bezetting. Deze plaat wordt geproduceerd door Peter Buck van R.E.M.. Het nerveuze ritme is verdwenen in ruil voor een meer relaxt geluid dat neigt naar folkrock. Een goede plaat, maar na de turbulentie van hun debuut minder urgent. Hetzelfde geldt ook voor de twee platen die hierna nog verschijnen: sterke platen die elke strijd met eventuele concurrenten met gemak aankunnen. Maar ook hier geldt weer: juist het neurotische, gestoorde getik en gejengel maakt een band als The Feelies zo uniek en dat ontbreekt een beetje.

Bill  Million verhuist in 1991 plotseling naar Florida, gaat programmeren voor Disney, hangt zijn gitaar aan de wilgen en, last but not least, laat geen adres achter voor zijn ex-bandleden. The Feelies houden op te bestaan. Maar dan is er groot nieuws in 2008: op uitnodiging van Sonic Youth spelen zij onder grote belangstelling weer samen in Battery Park NY, doen daarna nog meer optredens en er is zelfs sprake van nieuw werk! Hun nummer ‘Let’s Go’ wordt gebruikt in een Volvo reclame, kortom: The Feelies on a roll!

Geen andere band klinkt als The Feelies, maar grote acts als Sonic Youth en R.E.M. (en daarmee eigenlijk haast elk indie-bandje) zijn wel sterk beïnvloed door hun krioelende gitaarpatronen en soms onverstaanbare vocalen. Het is verbazingwekkend hoe fris en tijdloos met name hun debuut nog altijd klinkt. Sterker nog: als ‘Crazy Rhythms’ de afgelopen dertig jaar mee had gedongen naar een plek in de jaarlijkse eindejaarslijstjes, zouden The Feelies in de categorie ‘indie gitaar’ elk jaar met gemak hebben gewonnen. 


 


Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Related Posts Plugin for WordPress, Blogger...